vrijdag 29 januari 2010

Zieleschilderij


Ik ga naar een workshop zieleschilderij schilderen. Het resultaat daarvan zal de spiegel van je ziel zijn. Het zal vertellen hoe je in het leven staat. Er zijn negen deelnemers en twee begeleiders. De ochtend wordt gebruikt om te schilderen en het is de bedoeling dat er in stilte geschilderd wordt, zodat je dicht bij jezelf blijft. Hoe het verloop van de ochtend precies in zijn werk gaat vertel ik niet, maar ik kan wel vertellen dat het eindresultaat van mijn schilderij schokkend is. In het midden zie ik een grote rode dreigende vlek en er omheen zie ik niets anders dan somberheid. Mijn eerste reactie is: “Weg ermee, in de vuilnisbak.” Alleen iets dat op een veer lijkt , spreekt me aan. Voordat we de schilderijen weg leggen om te drogen, mogen we er nog een laatste verandering in aan brengen. Ik werk de dreigende rode klodder weg door er een hart van te maken. Ik wil alleen maar met liefde te maken hebben, niet met dingen die me bang maken. Ik zet om het hart heen allemaal witte stipjes. Ik ben tevreden, het voelt beter, als een soort opluchting. De begeleider zegt: “Wat heb je nou gedaan?”
Na de lunch krijg ik er een antwoord op. Alle schilderijen worden besproken. Mijn schilderij vertelt dat ik mijn gevoelens diep wegstop, dat ik geen verbinding kan maken met mijn kern. De rode vlek was het symbool van een persoon die me hulp kwam bieden en die heb ik meteen afgestoten door er een rood hart overheen te schilderen die ik als het ware gepantserd heb met de witte stipjes er om heen. Het komt er op neer dat ik alle hulp op afstand houd, het zelf op wil knappen. Het is nu tijd om los te laten na alles wat ik heb meegemaakt in de afgelopen tijd. Ik mag mijn pantser los breken. Maar zo zie ik het helemaal niet en het brengt me in verwarring. Ik vind juist dat ik goed op weg ben . Ik zie het hart als liefdevolle hulp vanuit de geestenwereld en de witte veer is een teken dat de engelen me bijstaan. De begeleider zegt: “Als jij dat zo ziet en voelt, ook prima” maar ze kijkt me wel op een bepaalde manier aan. Ben ik nou eigenwijs, wil ik niets van anderen aannemen? Met gemengde gevoelens ga ik naar huis.
De volgende dag word ik ziek. Ik heb hoofdpijn, ben misselijk, mijn darmen zijn van slag. Als dit loslaten is, dan is het wel erg letterlijk. Ik ben emotioneel, ik slaap veel en als ik niet slaap heb ik veel om over na te denken. Het schilderij doemt steeds weer op. Ik kom tot de conclusie dat ik een ‘pleaser’ ben maar dat ik toch ook wel graag ‘gepleased’ wil worden.
Ik laat mijn leven tot nu toe de revue passeren. Daaruit blijkt dat ik altijd maar de sterke ben, ik kan alles, ik doe alles en voor de buitenwereld ben ik degene die geen hulp nodig heeft.
Maar ook ik ben kwetsbaar en wel eens moe van het altijd maar doen en het moeten.
Ik ben vaak de motor om de boel op gang te houden. En zo blijven mijn gedachten malen terwijl ik heerlijk in mijn warme, veilige bed lig. Ik ga in deze gedachtegang verandering brengen. Ik wil niet meer krampachtig bezig zijn, me niet meer in allerlei bochten wringen, ik wil gewoon mezelf zijn. Na drie dagen krabbel ik weer langzaam op uit het dal, zo slap als een dweil maar vol goede moed. Ik ga me niet meer laten beïnvloeden door anderen, ik ga mijn eigen gang en bepaal zelf wat ik wel en niet zal doen.
Er was heel wat voor nodig om tot deze conclusie te komen. Ik zal er nog dikwijls aan herinnerd moeten worden.

vrijdag 22 januari 2010

Nachtegaal


Ik kan op de een of andere manier nooit meteen afstand doen van kranten als ik ze gelezen heb. Het is een rare tik en daardoor stapelen de kranten zich op . Ze liggen onder een tafeltje en als de stapel er niet meer onder past, wordt het echt tijd om ze op te ruimen. En heel vaak blader ik ze dan ook nog door om te zien of er iets belangrijks in staat wat ik wil bewaren.
Dit keer kwam ik een artikel tegen dat er een onderzoek is geweest naar de mooist fluitende vogel. Er kwam een top 100 uit waarbij de merel op de eerste plaats staat, de nachtegaal op de tweede en de lijster op de derde plaats. In het voorjaar als het dag begint te worden word ik altijd wakker door een merelconcert. Veel merels zingen dan in koor en elke vogel doet zijn best om zoveel mogelijk riedeltjes te maken. Prachtig! Maar mijn nummer een is de nachtegaal, ik zou zijn naam bijna met een hoofdletter schrijven. Rond Hemelvaart en Pinksteren hoor je hem zingen, want dat noem ik geen fluiten meer. In het donker, in de doodse stilte zingt de nachtegaal zijn lied en dat klinkt adembenemend. Het ontroert me enorm. Het is jammer dat er maar zo weinig mensen zijn die deze vogel horen, want de meeste mensen liggen dan al in bed. Ja, ik ben een nachtbraker.
Zodra de nachtegaal een partner gevonden heeft, is het gezang voorbij en zal ik weer moeten wachten tot het volgende voorjaar.

donderdag 14 januari 2010

Even geen inspiratie


Ik heb een schrijversblok zoals ze dat noemen als je niets weet te schrijven. Ik voel me gedreven om elke dag iets te schrijven, maar nu is mijn hoofd leeg.
Door de sneeuwmassa buiten ben ik veel thuis. Helemaal niet erg want ik vermaak me uitstekend. Ik mediteer, lees, borduur, teken en kijk dom televisie maar verder gebeurt er niet zo veel. Niets om over te schrijven. Ik heb al zo vaak geschreven dat ik geniet van de vogels in de tuin en dat ik soms heel verdrietig ben door alles wat er gebeurd is de afgelopen tijd. En verder zijn de huis, tuin en keukendingetjes niet zo interessant. Tja, wil ik iets interessants beleven dan zal ik naar buiten moeten. Maar de kou en de sneeuw weerhouden me. Ik blijf lekker in de warmte, op de bank met een kop hete thee of chocomel. Dan maar even geen verhaal. De inspiratie zal gerust wel weer terug komen. Daar vertrouw ik op.

zondag 10 januari 2010

Wat een sneeuw!



Ik ben net door de sneeuw gebanjerd om de katten van mijn dochter te verzorgen. De kou valt best mee en het waait niet eens zo hard. Er is 1 cm sneeuw bijgekomen en het sneeuwt nog. Vannacht stormde het maar toen lag ik lekker warm in mijn bed. Ik heb het idee dat de temperatuur nu om het vriespunt is.
Hoe dan ook, de ongerepte sneeuw is een plaatje. Van sneeuwjacht en sneeuwduinen wat was voorspeld, merk ik helemaal niets. Ik heb geen flauw idee hoe het elders in het land is. Wie weet is het hele noorden en oosten inmiddels onder een dik pak sneeuw bedolven en blijft iedereen angstvallig binnen vanwege het afgegeven weeralarm. Het zou zomaar kunnen.
Het is weer om dikke erwtensoep te eten en lekker binnen te blijven bij de warme kachel.

Michael jackson



Ik kijk naar de nieuwe talentenjacht op televisie ‘My name is Michael’. Er wordt gezocht naar een kind en een volwassen persoon die kunnen zingen en dansen als Michael. Ik moet zeggen dat er verrassende audities bij zijn. Ik kan op de klanken van de muziek van Michael niet stil blijven zitten. Wat zou ik graag zo willen dansen als Michael. Ik heb een dvd met al zijn beroemde videoclips. Zal ik hem opzetten en proberen of ik een moonwalk kan leren, of een pinguïn en zou ik misschien ook op mijn tenen kunnen staan? Ik ben niet de jongste meer maar zolang ik fitness kan doen, kan ik ook bewegen op de muziek van Michael. Zal ik mijn familie eens gaan verrassen met een act; een paar spectaculaire moves en die de komende tijd stiekem gaan oefenen. Het zou alleen al geweldig zijn als mijn zesjarige kleinzoon zou zeggen: “Cool oma!”
De komende zaterdagen ga ik de uitzendingen volgen en in de tussentijd ga ik oefenen om te moven als Michael. Hoe het er uit zal zien kan me niets schelen. Ik zal dansen met een vette knipoog. Laat de monden straks maar open vallen van verbazing en als ze me uitlachen.... so what. Ik heb er zin in.

zaterdag 9 januari 2010

Kleine ijstijd?????


Enige tijd geleden las ik in de krant dat de zon dood is. Wetenschappers ontdekten dat er geen enkele activiteit meer was in de zon. Het gevolg zou zijn dat er een kleine ijstijd zou komen waardoor we strenge winters en koude natte zomers zouden krijgen. Ik dacht steeds dat de aarde aan het opwarmen was want iedereen maakt zich daar druk over. Een kleine ijstijd is niets voor mij en ik denk dat er met mij velen zijn die dat ook vinden.
Gisteravond keek ik naar Pauw en Witteman. Weervrouw Margo Ribberink vertelde dat de zon een cyclus heeft van elf jaar. Deze cyclus eindigt nu en dan begint de zon weer opnieuw aan een cyclus. Het einde van de cyclus betekent een koude langdurige winter omdat de zon niet genoeg warmte heeft om af te geven. De verwachting is dat de koude periode duurt tot eind februari. Als je terugrekent dan klopt het wat de weervrouw zegt, kijk maar naar de data van de Elfstedentochten. Ik vind het verhaal van de weervrouw een stuk aannemelijker klinken als dat verhaal van de dode zon en het begin van een kleine ijstijd. Kou tot eind februari is te overzien. Ik zet de thermostaat van de verwarming maar wat hoger en hoop ondertussen dat de zon zichzelf weer snel op gaat warmen.

vrijdag 8 januari 2010

Sneeuw in het weekend?


Zo! De boodschappen zijn binnen. Het kostte enige tijd om weg te komen. Ik moest de autoruiten flink krabben. Er zat een dikke ijslaag op van een paar dagen. De auto startte moeiteloos en voorzichtig ben ik de glibberige straat uitgereden naar de supermarkt. Ik heb een flinke voorraad ingeslagen want de weersvoorspellingen zijn niet goed. Er wordt in het weekend veel sneeuw verwacht en de zoutvoorraad is op. Er is toestemming van hogerhand om extra zout uit de grond te halen, waarbij er extra opgelet moet worden dat er door de ruimte die er in de bodem komt geen aardverschuivingen ontstaan. Maar hoe snel kan dat zout op de plaatsen van bestemming zijn? In Brabant heeft een bedrijf de voorraad badzout aangeboden. Wat zal dat een sprookjesachtig gezicht zijn als de sneeuw van een zacht kleurtje is voorzien en ook nog eens lekker ruikt. En wat betekent het voor de auto als de boel smelt en de auto overspoeld wordt met de dooimassa. Zou hij dan superschoon worden, voorzien van een verzorgend laagje?
De laatste berichten zijn dat het met de sneeuw toch weer mee gaat vallen. Het maakt mij niet uit. Ik heb de voorraad binnen en ga de deur niet meer uit

donderdag 7 januari 2010

Bericht van Kirsten, Vince en Liam


Ik heb bericht gekregen uit Australië. Kirsten belde. Haar tas is teruggevonden met alles er nog in. De tamtam had al gewerkt, want vanuit gene zijde had ik al gehoord wat er was gebeurd. Ik heb alleen nog altijd moeite om te geloven dat het echt zo is en dat het niet de wens is van de gedachte. Ik wil steeds graag een bevestiging hebben en die heb ik nu gekregen. Kirsten was enorm opgelucht en nu hopen ze dat er geen rampspoed meer zal zijn. De reis, die een droomreis moest zijn, begon al niet goed. Hun bagage was niet meegekomen, Liam belandde in het ziekenhuis met bronchitis. Bovendien kon hij heel moeilijk wennen aan het nieuwe ritme en het leven in een camper en dat uitte zich in enorme huilbuien terwijl hij normaal nooit huilt. Toen raakte ook nog eens de tas weg met belangrijke spullen er in zoals paspoorten, geld, autosleutels, telefoon. Nou....dan is het drama wel compleet. Ze wilden dan ook het liefst naar huis. Maar nu gaan ze vol goede moed verder en proberen de narigheid achter zich te laten. Liam begint aan het camperleven te wennen en wordt weer zijn vrolijke zelf. Ze hebben nog drie weken te gaan van de totaal vijf weken.

Winterblues


Van de ene op de andere dag zit ik in een dip. Er gebeurt ook zoveel. In de familie tobben er een aantal mensen met hun gezondheid en dat houdt me flink bezig. Kirsten is in Australië haar tas met allerlei belangrijke zaken kwijtgeraakt, gestolen of verloren. Liam was ziek en belandde in Sydney in het ziekenhuis. Ik ben vreselijk uit mijn ritme door alle sneeuw. Gisteren waren de kleinkinderen bij me maar konden pas heel laat opgehaald worden doordat Guus vast zat in de enorme sneeuwmassa rondom Amsterdam. En Nicky moest nog uit Utrecht komen. Allemaal zorgen en je raakt in de stress omdat je machteloos bent, niets kunt doen. Bovendien heb ik het gevoel dat er aan alle kanten aan me wordt getrokken terwijl dat helemaal niet zo is. En wat betreft Kirsten doemen er allerlei akelige scenario’s op. Ik wist niet dat ik zo’n levendige fantasie had. Ik zal het maar niet opnoemen want je weet nooit wat je afroept. Ik moet niet aan nare dingen denken maar er vanuit gaan dat alles weer goed komt. Vanuit gene zijde is me dat al meegedeeld maar soms leg je die wetenschap naast je neer omdat je gedachten maar blijven malen. Je loopt te shaken en je voelt de tranen branden. Ik wens in stilte dat ik de tijd terug kon draaien zodat alles weer bij het oude is; gezonde familieleden, mijn naasten dicht om me heen. Ik moet geduld en vertrouwen hebben, maar het is niet gemakkelijk. Ik laat me oh zo gemakkelijk gaan in een neerwaartse spiraal en kan dan alleen nog maar negatief denken.
Om daar weer uit te komen duurt even. Noemen ze dit nu de winterblues?
Van mij mag de zon weer gaan schijnen.

dinsdag 5 januari 2010

Vogels in de tuin


Op de tuintafel staat een mand met vogelvoer zoals vetbollen, pinda’s en trosgierst. Een luxe maal voor de mezen en de roodborstjes. Spreeuwen en mussen zie ik niet meer helaas. Wel merels. Zij zijn geen zaadeters maar in tijd van nood komen ook zij een graantje meepikken.
Andere jaren vlogen horden vogels af en aan en daar zaten ook bijzondere vogels tussen zoals Vlaamse gaaien, vinkjes en zelfs een ijsvogel. Deze laatste was waarschijnlijk verdwaald. In ieder geval kon ik een middag meegenieten van de duikvluchten die hij maakte vanuit de perenboom in de vijver om weer boven te komen met een visje in zijn snavel. Opvallend was zijn turqoise verenpracht als hij zich uitstrekte in zijn duikvlucht. Betoverend. En die betovering won het van de visjes in de vijver. Maar sinds de nieuwe buren drie katten hebben die met regelmaat in mijn tuin op de loer liggen, blijven de vogeltjes weg. Een enkeling durft het aan om schuw rondkijkend te komen eten. Dan moeten ze wel erg veel honger hebben. Ik probeer de katten steeds weg te jagen door de meest vreemde capriolen en geluiden te maken, maar het lijkt wel of ze me uitlachen. Het enige voordeel van de katten is dat ik deze winter geen muizen in huis heb. En de vogeltjes.....ik vertrouw erop dat ze elders hun kostje bij elkaar kunnen scharrelen.

Middernacht


Het is middernacht. Eigenlijk tijd om te gaan slapen. Maar ik weet nu al dat ik weer niet in slaap kan komen. Ik vind het vreselijk als ik de hele tijd in bed lig te woelen. Opblijven is ook geen optie. Buiten is het stil en donker. Er is geen maanlicht zoals de afgelopen nachten. Ik hoor de regen tikken op het dakraam van mijn werkruimte en het verbaast me. Het zou toch blijven vriezen? Het gevolg van laat naar bed gaan is dat ik ’s morgens laat opsta. En dat is niet goed voor mijn slaap-waakritme. Helaas kan ik gewoon niet op tijd naar bed gaan, iets weerhoudt me. Wat het precies is weet ik niet. Misschien omdat er niemand is met wie ik de dag af kan sluiten. Het was altijd zo fijn om in het donker in het warme bed, samen met Charl, de dag door te spreken en de plannen voor de volgende dag door te nemen. Dat mis ik enorm. Plannen maken doe ik niet meer zo. Ik zie wel wat de volgende dag brengt. Daar moet ik wel aan gaan werken, mezelf doelen stellen, want anders gebeurt er helemaal niets.
De tijd tikt door. Ik ga toch maar de boel opruimen, de deuren afsluiten, de lichten uitdoen, verwarming laag en mijn bed opzoeken. En dan hoop ik dat het kille bed snel warm wordt zodat ik toch snel in slaap val.

maandag 4 januari 2010

Opgeruimd!


Ziezo, de kerstboom is opgeruimd. Alle versieringen zitten in zo’n handige opbergbox. De dennennaalden zijn opgezogen en het is weer schoon in huis. Ik ben klaar voor alle uitdagingen die op me liggen te wachten.
Ondertussen valt er een flink pak sneeuw. Er lag al zoveel. Ik heb op mijn tuintafel 10 cm sneeuw gemeten. Even kwam de zon door en er kwam wat wind. Ik hoorde de boomtakken tinkelen. Nu tinkelen de sneeuwvlokken die uit de lucht vallen op de schuine ramen. Ik ga even snel de drie katten van mijn dochter eten geven en dan blijf ik de rest van de dag binnen met een goed boek, een pot thee en uitzicht op de tuin, omringd door de geur van goulash die op het fornuis staat te pruttelen.

zondag 3 januari 2010

een nieuw begin


Januari, een nieuw jaar vangt aan.
Weg met al het oude zeer.
Alle tranen zijn gedroogd.
Ik voel me sterk, ik leef weer.
Vol verwachting lonkt een jaar
met nieuw te betreden paden.
Wat het me brengen zal,
dat valt nog niet te raden.
Zeker ligt nu alles open,
om opnieuw op weg te gaan.
Voldoende tranen zijn vergoten,
het gemis blijft toch bestaan.
Want oh, wat kan ik verlangen,
naar de tijden van weleer.
Toen alles nog normaal was,
Zonder hartenzeer.
Ik voel het in me bruisen.
Het is tijd om op te staan,
Om het pad te gaan bewandelen
dat voor mij is opengegaan.
Vol moed en vol vertrouwen
Ga ik de uitdaging aan
Om op een dag te ontdekken
dat vele deuren opengaan.