woensdag 21 juli 2010

Kleinzoon Liam

Iedere week pas ik op. Het is altijd een feestje. Het is zo leuk om Liam iets te leren. Hij is nu ruim twee, maar door het Downsyndroom heeft hij de ontwikkeling van een kind van anderhalf. Geen punt, hij ontwikkelt zich in zijn eigen tempo en elke dag leert hij er weer bij.
Gisteren was het weer oppasdag. De ochtend was heel gezellig.
Hij ontwaakte krijsend uit zijn middagslaapje en was niet tot bedaren te brengen. En zoek dan maar uit wat er aan de hand is. Had hij soms naar gedroomd, dorst, een vieze broek? Niets van dat alles tot ik de ingeving kreeg dat hij misschien wel last had van doorkomende kiezen. Tandendruppeltjes gegeven. Maar dat duurt even voor het werkt. Naar bed brengen had geen zin meer. Ik heb hem in de wagen gelegd en ben in het park gaan wandelen. Zijn gehuil zakte af en ik hoopte dat hij weer zou gaan slapen. Het was lekker koel in het park onder de bomen.
Liam vond het veel te leuk om alles te bekijken. Ruim een uur heb ik rondjes gelopen, het park is niet zo groot. Hij werd weer vrolijk, maar slapen... nee. Thuisgekomen heb ik hem nog een keer tandendruppels gegeven, want ik was inmiddels overtuigd dat doorkomende kiezen de oorzaak was van zijn gebrul. Wat een kracht heeft een kind op zo’n moment. Ik kon hem met moeite vasthouden.
Eenmaal thuis was hij weer zijn vrolijke zelf en leek het net alsof er helemaal niets aan de hand was geweest. Het is bij hem vaak zoeken naar een oorzaak. Hij kan nog niets aangeven. En vorige week had hij nog hoge koorts met koude rillingen en longontsteking. En dan ga je snel denken: ‘Toch niet weer?’
De rest van de middag was hij weer heel gezellig, maar toen zijn papa hem kwam halen, begon hij weer te brullen. Maar daarvan was de oorzaak dat hij nog helemaal niet weg wilde, het was veel te leuk bij oma.

dinsdag 13 juli 2010

Hitte

Al die hitte, ik kan er zo slecht tegen. Bij alles wat ik doe lopen de straaltjes zweet langs mijn gezicht, net of ik hevig aan het sporten ben. Ik heb het dubbel warm omdat er regelmatig entiteiten bij me zijn. Zodra die vertrekken, wordt het bij mij minder warm. Het enige wat je kunt doen is buiten de schaduw van de bomen opzoeken, dat is goed uit te houden.
Ik was het weekend op de camping. Gelukkig was er een strandje vlakbij op loopafstand. Heerlijk was het daar onder de bomen. Mijn gevoel zei dat er onweer zou komen, maar iemand die mij dat hoorde zeggen wist te vertellen dat het onweer alleen in het oosten zou zijn. Ik kreeg gelijk. De kleinkinderen lagen heerlijk te slapen, ramen open en toen begon het ineens te tikken op het dak van de caravan, steeds harder. Snel heb ik de ramen dicht gedaan en toen vielen de eerste donderklappen. Boven het IJsselmeer was het een aaneenschakeling van lichtflitsen. En ineens voelde ik een hele rare beweging van de caravan en ik dacht: ‘Oh nee, geen windhoos’. De buren achter hoorde ik schreeuwen en ze waren met de tent bezig. Na inspectie van de voortent kwam ik tot de conclusie dat mijn zoon de tent heel goed strak gespannen heeft neergezet aan het begin van het seizoen. Twee stormbanden houden alles op zijn plek, dus daar hoefde ik niet bang voor te zijn. Maar die donderklappen, vreselijk. En ondanks dat de kleinkinderen heerlijk lagen te slapen voelde ik me erg alleen en dan is de verantwoording voor andermans kinderen groot. Ondertussen stond het terrein blank, maar ik kreeg geen water naar binnen. 4 uur heeft het geduurd, toen dreef het onweer weg. Ik was net in slaap toen ik wakker schrok van weer een klap. Kind uit bed gevallen. Ik heb hem er weer ingelegd. Niets aan de hand. Dit gebeurde tot drie keer toe. En toen begon het langzaam al weer licht te worden. De donderbui bracht geen koelte. Het was weer net zo heet als anders. 38’ in de caravan. Ik was het helemaal zat en ben met de kleintjes naar sprookjeswonderland gegaan. Het sprookjesbos is lekker koel en ook binnen in het kasteel van Violinde en het trollenhuis was het uit te houden. Maar weer terug op de camping...Ik heb de kleintjes op een kleed in de schaduw van de stadsmuur gezet. De strook schaduw was precies een meter breed. Ik heb ze broodjes gegeven, dus konden ze heerlijk picknicken. Ik ben alles in gaan pakken. De afwas van drie dagen heb ik in een grote emmer gedaan en in de auto gezet. Thuis heb ik een vaatwasser. Ik had geen zin meer om in de hitte van de caravan nog iets te doen. De enige boom die nog voor wat schaduw zorgde was net de week ervoor omgezaagd omdat hij ziek was. Iepziekte. Was misschien wel goed dat hij weg was, anders was hij misschien wel tijdens het noodweer omgegaan. Ik ben blij dat het in de loop van de week weer wat koeler wordt. Dan functioneer ik beter en dat is toch veel beter dan dat gepuf op een stoel, tot niets meer in staat dan alleen maar drinken, drinken, drinken.