maandag 27 augustus 2012

Gaan met die banaan

27-8-2012 Mijn voornemen om alle dagen drie A viertjes vol te schrijven zonder nadenken en zonder stoppen lukt toch niet zo erg goed. Ik zit te veel vast gebakken in mijn normale rituelen. Daardoor is het schrijven van drie vellen vol nog niet in mijn systeem opgenomen. Ik begon enthousiast en dat lukte ook wel dagelijks. Maar dan kwam het moment dat de tekst in de laptop gezet moest worden en toen kwam de klad er in. Ik schrijf liever met de hand dan dat ik het rechtstreeks in de laptop zet. Door met een pen te schrijven kan ik me veel beter concentreren plus…dat ik razendsnel kan schrijven. Vandaag doe ik een nieuwe poging. Veel te vertellen heb ik niet. Alles kabbelt zo’n beetje voort met een enkel hoogtepunt. Dieptepunten zijn er ook genoeg. Vooral als er zo’n dag is dat ik grumpy ben en alles zwart zie. Dat zijn de momenten waarop ik besef dat mijn leven toch niet zo verloopt als ik gehoopt had. Het leek me zo leuk om met een partner mummelend in een bejaardentehuis te eindigen. Partner had me dat ten stelligste beloofd. We verheugden ons op een leven lang samen. Alleen besliste het lot anders. Zijn leven eindigde te vroeg en nu ga ik alleen mummelend oud worden. Maar ik heb besloten dat ik leuk oud ga worden. Het maximale uit het leven ga halen en allemaal leuke dingen ga ondernemen. Ik neem een voorbeeld aan Adriaan van Dis. Hij vertelde in het programma zomergasten op de televisie niet al teveel over het gedeelte van zijn leven dat privé moet blijven. Ik kan me er iets bij voorstellen als je een bekende Nederlander bent. Voor je het weet heb je de paparazzi en de roddelbladen op je dak. Maar hij vertelde wel dat hij het heerlijk vindt om alleen te zijn, alleen te wonen, zich ongestoord met schrijven bezig te houden en in zijn eentje af te reizen naar verre oorden. Daarover veel te lezen zodat hij de geschiedenis kent, dat kan hij dan weer gebruiken voor nieuw te schrijven boeken. Eigenlijk ben ik daar ook min of meer mee bezig, zij het dat ik mijn bestemmingen dichter bij huis zoek. Niet te ver weg en zeker niet als vrouw alleen naar moeilijke landen. Dichter bij huis valt ook veel te beleven. Het grootse compliment wat ik regelmatig krijg is dat mensen mijn teksten niet meer kunnen missen omdat ik altijd over bijzondere belevenissen schrijf, iets te melden heb. Als je je ogen en oren goed open houdt dan komt er veel op je pad. Over alles is te schrijven. De manier waarop maakt het interessant. Helaas gebeurt er de dagen dat ik grumpy ben niet zoveel. Dan blijf ik lang in bed, zielig te zijn. Dan kan de hele wereld mij gestolen worden. Maar als ik wakker word door een zonnestraal die door een kier van het gordijn glipt, spring ik blij op en beloof mezelf dat ik iets van de dag ga maken. Geen tijd voor muizenissen. Geen gezeur over dat ik me zielig voel en alleen. Maar…lipjes getuit en borstjes vooruit. Gaan met die banaan. Wees blij met elke nieuwe dag die je gegeven is en haal het maximale er uit zodat je ’s avonds alleen maar hoogtepunten van de dag op kunt schrijven. En als enig dieptepuntje: Ik was toen ik wakker werd zielig. Maar toen zag ik de zonnestralen en werd vanaf dat moment mijn dag helemaal goed. En nu vast houden deze gedachte. Je zult zien dat de energie gaat stromen.

donderdag 16 augustus 2012

De parade

Parade in Amsterdam, woensdag 15 augustus 2012
Op mijn verjaardag in juni kreeg ik een bon voor een bezoek aan de parade in augustus. Vandaag is het zover. Afgesproken was dat ik met de trein naar Amsterdam zou gaan. Het is al een eeuw geleden dat ik met het openbaar vervoer heb gereisd. Ik moet even wennen aan de vernieuwingen; veranderde treintijden en de ov kaart. Bij de automaat moet ik eerst gedane bestellingen ophalen want anders reis ik voor vol tarief. De bestelling ophalen is niet moeilijk maar vervolgens verschijnt er van alles op het scherm. Wat op mij van toepassing is moet ik aanklikken, zo veronderstel ik. Dat doe ik keurig. Ondertussen staat er iemand over mijn schouder mee te kijken en dat voelt ongemakkelijk. Maar ik moet de transactie afmaken. Weet alleen niet hoe. Het moment komt dat ik op de pinautomaat de volgende instructie af moet lezen. Ik snap er niets meer van. De jongen die achter me geduldig staat te wachten gaat zich er mee bemoeien. Hij vraagt wat ik aan het doen ben. “Ik weet het niet. Ik heb bestellingen opgehaald en nu wordt mij gevraagd van alles te doen. Ik zou af moeten sluiten maar weet niet hoe. Ik had al ingetoetst bestemming Amsterdam, enkele reis, 2e klas, met korting, vandaag geldig. De jongen vraagt of ik een ov chipkaart heb. “Ja, die heb ik.” “Maar dan hoef je helemaal niets te doen. Alleen maar de reis activeren bij de paal.” “Ja maar ik moet toch iets afsluiten?” Ineens schiet de jongen met zijn arm voor mij langs, ik stomverbaasd. Wat gebeurt er nou? Hij drukt op de stop knop. “Met de ov kaart is alles al geregeld,” zegt hij. “Je kunt nu op reis.” Volgens mij sta ik daar met open mond. ”Sorry hoor, dit doe ik niet dagelijks. Bedankt hoor.” Hij grijnst en toetst snel zijn transactie in. Ik loop naar het perron en mompel tegen mezelf: “wat ben ik toch een tarut.” Ik ben veel te vroeg en wacht op een bankje in de schaduw geduldig af tot mijn trein komt. Wat is het warm vandaag. In Amsterdam is het nog warmer. De lucht betrekt en donkere wolken pakken zich samen. Er is noodweer voorspeld. Ondertussen heeft dochter zich bij me gevoegd en per tram reizen we verder naar de parade in het Martin Luther King park. Ze heeft alles wat we gaan zien via internet besteld dus kunnen we zo langs de kassa lopen. Eerst gaan we eten. Omdat het al laat is eten we iets wat snel klaar is bij de haute friture, luxere snacks. Want om half acht is de eerste voorstelling. Terwijl we eten vallen de eerste regendruppels. Ik vraag de engelen, want die zijn er altijd om je te helpen, of ze de regen willen stoppen. En het stopt. Donkere wolken drijven over maar ik weet al dat er geen noodweer zal komen. Hoewel de voorspelling anders is en ik op het station hoorde dat er vanwege het te verwachten noodweer treinen uit zouden vallen. Het eten smaakt heerlijk. Twee kroketten met brood, een rundvleeskroket en een geitenkaaskroket, allebei goed gevuld en heel erg lekker van smaak. Een goede keus dus. De eerste voorstelling die we zien is hilarisch. Het gaat over een wat ouder stel dat bespreekt hoe hun huwelijk er voor staat met als rode draad John Lennon en Yoko Ono in bed. Het einde is heel verrassend. Daarna gaan we naar een voorstelling over een internetcafé. De muziek die we horen bij binnenkomst is Turks. En als we een plekje hebben gevonden kan ik niet stil blijven zitten. Ik beweeg mee op de muziek. De acteurs zijn al op het podium. Een van hen ziet mij bewegen en moet lachen. De acteur zit zo dicht bij me dat ik hem aan kan raken. Wel leuk en de interactie is daardoor groter. Dochter kijkt naar me met een veelzeggende blik. Rare moeder! Er komt streetdance in voor. Doordat je er bijna bovenop zit besef je ineens hoeveel ruimte er nodig is om de bewegingen te maken. Het voelt alsof je moet bukken voor de benen die in de lucht ronddraaien. Het dansgedeelte is een choreografie van Marco Gerris. Ik mocht een foto van hem maken maar die is helaas jammerlijk mislukt. Het was een leuke voorstelling met leuke vondsten. Na afloop flaneren we rond, mensen kijkend. Lieke van Lexmond staat haar show te promoten op een klein podium voor het theatertje. De lucht wordt nu wel erg donker en daar vallen al de eerste zware spetters. De wind steekt op. Ik roep in mijzelf: “Engelen! Het zou toch droog blijven. Laat de regen asjeblieft stoppen.” Ondertussen schuilt iedereen bij de vele eettentjes. Het duurt maar een paar minuten, dan stopt de regen. “Dank je wel engelen.” Ja ik geloof in engelen, maar dat wisten jullie waarschijnlijk al. De donkere wolken wijken. Boven het paradeterrein wordt het helder. De donkere luchten gaan er omheen. Ik vind dit een wonder. 10 uur gaan we naar huis. Ik heb genoten. Half 12 zijn we weer thuis. Vol energie, vol gedachten. Wat was het leuk zo’n moeder dochter uitstapje.

dinsdag 14 augustus 2012

Koeien

Ik zie een mooie afbeelding in de krant met koeien. Er zijn veel soorten koeien. De bekendste zijn de zwartbonte koeien die ik de mooiste vind naast lakenvelders en van die vaalwitte Franse koeien. Ik kan me niet voorstellen dat er ooit kale weiden zonder koeien zullen zijn. De aanblik van koeien is zo typisch Nederlands. Lekker grazend en herkauwend op een sappige malse groene weide. Zwart-witte koeien zijn de sterkste zegt men en misschien is dat ook wel waar. Je komt ze over de hele wereld tegen en verschillende klimaten lijkt ze niet te deren. Dat geeft een goed gevoel. Een klein stukje Nederland gaat de wereld over en levert hulpbehoevende mensen een bron van inkomsten. Tegenwoordig zijn er boerenbedrijven waar je koeien kunt knuffelen. Een koe is toch voor de melk en voor het draadjesvlees? wordt gedacht. Maar koeien zijn heel sociaal en begrijpen meer dan je denkt. Ik heb stoere mannen met koeien zien knuffelen, eerst een beetje lacherig. Ja het stinkt een beetje en je krijgt een overal aan en gaat naast de koe op de grond liggen en ja, de grond is smerig. Maar als snel zie je mannen veranderen. Ze krijgen een omfloerste blik, iets gelukzaligs in hun ogen. De koe laat alles rustig toe en al snel zie je een wondertje gebeuren. De stoere man wordt weer mens. Hij ontstresst en laat zijn zachte kant naar boven komen. Een win win situatie want ik weet haast wel zeker dat de kwaliteit van de melk van de geknuffelde koe er op vooruit gaat. Vrouwen ervaren hetzelfde als de mannen. Een bijzondere belevenis. Koeien zijn echte kuddedieren. Gaat er een loeien, dan volgen er meer. Gaat er een koe kalven, dan leven de anderen mee. Als er gemolken moet worden lopen ze keurig achter elkaar over een spontaan ontstaan pad naar de melkmachine. Ze weten precies wanneer het melktijd is. Ik was ooit in de winter in Oostenrijk waar ik op een boerenbedrijf binnen kon kijken in een grote stal. Ik was op de muziek afgegaan want die klonk zo uitnodigend. Swingende Turkse muziek waardoor ik de neiging kreeg te gaan buikdansen. In de stal stonden heel veel roodbruine koeien met enorm veel krulletjes op hun kop alsof ze net een permanentje bij de kapper hadden gekregen. Ze hadden mooie namen zoals Ali, Mehmet en Tarkan. Het gekke was dat de meeste koeien mannennamen hadden. De eigenaar van de stal was een jonge turk en hij liep swingend en vol levenslust door de stal om de dieren bij te voeren. Bijzonder om te zien. Twee jaar later was het bedrijf verlaten. Mijn man kwam van een boerenbedrijf maar zag een leven als boer niet zitten. Hij wilde iets anders, meer uit het leven halen, hoger op komen en dat heeft hij bereikt totdat hij ziek werd en overleed. Vroeger had hij veel meegeholpen in de stallen en kon melken als de beste. Hij bleef geïnteresseerd in het boerenleven, bekeek het op afstand en hielp indien nodig. En dat gebeurde regelmatig in de kalvertijd. Dan werd door twee man een kalf uit het lijf van de koe getrokken met een touw vastgebonden aan de pootjes. Een hele normale manier van geboorteassistentie. In Amerika bezochten we een keer een dairyfarm, Amerikaans voor melkveebedrijf. Er stonden honderden koeien in een stal en het bedrijf was volledig geautomatiseerd. Het schoonmaken van de stallen kwam geen mankracht aan te pas. Alleen bij de melkmachine moest iemand assisteren om de uiers te ontsmetten en de spenen op de melkmachine aan te sluiten. Zelfs de koeien gingen automatisch naar de melkstal. Verbazingwekkend. In Turkije zagen we hoe in de bergdorpen een of twee zwartbonte koeien werden uitgelaten door kinderen. Waarschijnlijk zijn die koeien aangekocht door gastarbeiders. De koeien werden met de hand gemolken en van de melk werd dikke yoghurt gemaakt. En van een gedeelte daarvan werd ayran gemaakt, een enigszins zoute waterige yoghurtdrank, enorm dorstlessend op hete dagen. Over het algemeen hebben koeien een goed bestaan maar dat zal snel over zijn als er megastallen komen. Tot die tijd hoop ik nog lang te genieten van de koeien in de wei. Het hoort zo bij ons kikkerlandje. Ik, stadsmens, heb overigens totaal geen verstand van koeien.

maandag 13 augustus 2012

Kermis in Hoorn

Ik hoor kerkklokken luiden. Zondag. Tijd om naar de kerk te gaan. Maar ik draai me nog een keer om in mijn bed. Het was laat vannacht. Ik heb vanaf twee uur een tijd voor het raam staan staren naar de lucht in de hoop vallende sterren te zien. Maar als je steeds heen en weer kijkt lijkt het net of alle sterren in beweging zijn. Alleen de oplichtende streep ontbreekt en die hoort bij een vallende ster. De lucht was niet donker genoeg. Ik woon te dicht bij de stad. En daarbij is onze straat behoorlijk verlicht met buitenlampen bij de voordeur van de huizen. Dus geen vallende sterren voor mij, geen wensen, alleen een stijve nek. Het is kwart voor tien. Toch maar opstaan want het gaat weer een mooie dag worden en die hele dag ligt open. Niets op de agenda. Ik kan doen wat ik wil. En er zijn een paar dingen die ik zou kunnen doen. Ja…zou kunnen. Want met dat warme weer ben ik niet zo actief. Ik kan onkruid gaan wieden voordat alles weer uitzaait. Ik kan verder werken aan een quilt die ik nog onder handen heb of ik kan gaan lezen en dan vanmiddag naar de binnenstad kermis. Veel mensen verafschuwen de kermis. Te veel lawaai, te druk en veel te duur. En bovendien lijkt het of er met de kermis altijd een wespenplaag is. De snoep en oliebollenkramen wemelen er van en als je over de kermis loopt met een kind die aan zo’n lekkere zuurstok likt, moet je ontzettend uitkijken dat er geen wesp mee gelikt wordt. Kermis is vermaak voor iedereen maar ik moet eerlijk zeggen dat ik kermis vroeger veel leuker vond. Ik was met mijn zus en ook wel met vriendinnetjes alle dagen op de kermis te vinden. En dan heb ik het over de jaren rond 1960. We hadden een kwartje kermisgeld mee en daar kon je in die tijd veel mee doen. Er was ook veel te zien want er waren kleine theatertjes waar je de gekste dingen kon bekijken. Er werd steile wand geracet met een motor, er was een bokstent en voor aanvang van de shows werd er op een klein podium buiten een demonstratie ten beste gegeven waarbij de show flink aangeprezen werd via de oorverdovende speakers. Er waren talrijke draaimolens waarin je kon proberen een kwast te pakken die boven je hoofd heen en weer bewogen werd. Had je hem dan mocht je nog een keer draaien. Het meeste is me een draaimolen bijgebleven waarin echte pony’s karretjes trokken. De paardjes moesten in het ritme lopen van de draaiende schijf. Was toch wel zielig. De paardjes werd geen rust gegund. Ernaast stond bijna altijd de holly holly, waar je met rare trappen naar boven ging de attractie in. Toen ik klein was bekeek ik dat vanuit het huis waar we toen woonden. Voor het raam had ik een mooi uitzicht. Ik dacht dat na die trappen die mensen naar beneden vielen hun dood tegemoet en was verbaasd dat er niets te zien was toen de attractie werd afgebroken. Als tiener ontdekte ik al snel wat er gebeurde in die attractie en het werd mijn favoriet omdat je opgevangen werd door leuke jongens. We keken onze ogen uit bij de zware gokkers. We zagen mooie kermisjongens die assisteerden bij de diverse attracties. Uren konden we dan naar zo’n persoon kijken en als de kermis afgelopen was ging ik snel bij een vriendin in Alkmaar logeren, want daar ging de kermis naar toe met weer dezelfde mooie jongens. Ik herinner er een die sprekend op Rex Gildo leek, de Duitse zanger uit lang vervlogen tijden. Ik heb Rex een keer in het echt gezien en toen viel hij qua uiterlijk erg tegen. Het was bij toeval want de Beatles werden per helikopter verwacht in Blokker. Maar die stapten niet uit, wel Rex Gildo met zijn nep bruine kleur. De kermis begint vanmiddag om twee uur zonder muziek vanwege de zondagsrust. Pas tegen de avond gaan de luidsprekers open, allemaal dezelfde discodreun. Vroeger was er echte orgelmuziek. De tijden veranderen en daarmee het vermaak. Alles moet luider en sneller. De jeugd van tegenwoordig vindt dat weer leuk. Op de kermis worden rages geboren en liefdes komen en liefdes gaan. 10 dagen herrie afgesloten door lappendag, een enorme markt. En de dag waarop velen zich klem zuipen als einde van de kermisweek. De kermis bestaat al zo lang dat hij mogelijk op de werelderfgoed lijst geplaatst gaat worden. Na 10 dagen kermis is er weer rust en ook de zomervakantie voorbij.

vrijdag 10 augustus 2012

Olympisch okselhaar

Een groot artikel in de krant over okselhaar bij de sporters. Het schijnt dat de aanblik van okselhaar afleidt van de sportprestaties. Okselhaar is zo opvallend dat je er naar blijft kijken. Een Japanse turner heeft een flinke bos zwart okselhaar en dat valt op. Gladgeschoren oksels zijn fris en verzorgd zo vindt men. De meeste sporters scheren hun haren weg. Een vrouwelijke gewichtsheffer heeft ook een flinke oerwoud. Zo’n persoon heeft al niets vrouwelijks en met al dat haar is het echt niet het toppunt van vrouwelijkheid, volgens het artikel. Eigenlijk is het nooit goed. Er is altijd wel iets waar commentaar op geleverd moet worden. Nu zijn er natuurlijk wel verschillen in okselhaar; bij de een is het krullerig, bij de ander lang en steil. Er is veel of juist weinig. Bij mannen is okselhaar geoorloofd mits het een niet te grote bossage is. Bij vrouwen is het not done. Weg met die haren. Glad, schoon en zacht moeten de oksels zijn en tegenwoordig is er ook al een deo die stoppels zacht maken. Maar wie bepaalt dat eigenlijk? Men zegt dat okselharen een functie hebben. Mijn moeder zei altijd: “Het houdt kou tegen zodat je geen longontsteking oploopt.” Ik mocht ze dan ook niet afscheren. Maar ik knipte ze altijd zo kort mogelijk af en met de linkerhand knippen ging beslist niet gemakkelijk. Het gevolg was dat aan de ene kant de haren langer waren dan aan de andere kant. Maar ik kon geen hulp inroepen omdat het verboden was ze weg te halen. Ik droeg geen hemdjes maar shirts met korte mouwen zodat de ongeschoren oksels bedekt bleven. Ik wilde gladde oksels, ik wilde met de massa meedoen. Okselhaar? Jak! Maar met gymnastiek op school waren mouwloze shirts verplicht. Wat een ellende. Toen ik eenmaal uit huis was heb ik nooit meer behaarde oksels gehad. Naarmate ik ouder werd, werd de beharing minder en dat was alleen maar prettig. Toch zie je soms mensen over de rode loper gaan met veel okselhaar. Een soort statement denk ik. De haren zitten er en ze mogen gezien worden, zoiets. Ik denk als je dat doet ook de rest van de beharing met rust moet laten. Wie bepaalt dat een vrouw overal glad moet zijn? Hoeveel vrouwen zijn er niet die hun benen glad scheren. Want ze zouden wel eens voor aap uitgemaakt kunnen worden. Of ze scheren hun schaamhaar weg. Dan zie je er uit als een geplukte kip, vind ik. Ja, mijn mening. Ik zie wel eens gladgeschoren vrouwen op foto’s in tijdschriften. Het ziet er een beetje eng uit. En dan denk ik: hoe kun je dit nu mooi vinden. Wat dat betreft zal ik wel niet met de tijd zijn meegegaan. Laat toch lekker zitten al die schaamharen. Puur natuur toch? Of zie ik dat verkeerd. Het zou mooi zijn als je badpakken met pijpjes zou kunnen kopen of bikinibroekjes met pijpjes. Dan hoefde je nooit meer de bikinilijn te scheren of te waxen. Ontstaan er ook geen rare pukkels. Ik zou zeggen blijf lekker jezelf en doe wat goed voelt en wat bij je past. Trek je niets aan van wat anderen zeggen of denken. Wat dat betreft heb ik bewondering voor de sporters, die gewoon hun okselhaar aan de hele wereld laten zien. Weet je dat als je je niet hoeft te scheren dat een hoop gedoe scheelt. Maar ja…je moet toch een drempel over om die beslissing te nemen. Veel mensen zijn blij als het weer winter wordt. Dan is alles weer bedekt met kleding en mogen haren lekker groeien tot de volgende lente. Dan begint het scheerseizoen weer. Ik doe er niet meer aan mee. Alleen verschijnt er nu af en toe een snorretje en daar ben ik echt niet blij mee. Dus harsen die bovenlip.

Bijen

Zo! Mijn goede daad voor vandaag is gedaan. Ik werd gek van het gezoem van een bij. Ik vond het geluid iets angstaanjagends hebben. Volgens mij was het een noodkreet om hulp, want het geluid was anders dan die van een bij die lieflijk van bloem naar bloem zweeft om honing te drinken en stuifmeel te vergaren. De bij zat op een onmogelijke plek in de kamer en probeerde paniekerig daar vandaan te komen. Ik vroeg me af hoe hij binnen is gekomen. Zijn geluid klonk alsof er en hele zwerm was. Op een keer vloog er een bijenkoningin door het open raam naar binnen, gevolgd door honderden bijen. Het klonk alsof er een storm op je af raasde. Ik deed snel het raam dicht waardoor de grootste kluit bijen tegen de ruit belandde. Toen pas beseft ik dat de koningin binnen moest zijn. Ik probeerde de bijen die binnen waren met een verenplumeau naar de buitendeur te dirigeren. Dat lukte niet zo maar en ik moest oppassen dat de bijen om de koningin heen niet in de aanval gingen. Na veel moeite vloog de koningin, die beduidend groter was dan de rest, naar buiten met de rest in haar kielzog. De bijenzwerm die nog steeds op de ruit zat, kreeg daar lucht van. Massaal vlogen ze achter de koningin aan, over het dak van het huis. Het was indrukwekkend om te zien en een zeer stressige ervaring. Ik zie het belang van bijen en daarom ben ik gestopt met bijen doodslaan, dood spuiten met gif, of opzuigen in de stofzuiger waar ze in de zak een langzame gruwelijke dood sterven. Creperen in de kamer, waar ze altijd bij het raam gaan zitten in de hoop dat ergens een gaatje is om naar buiten te vliegen, is nog erger. Ze vliegen zich helemaal stuk en gaan dood door uitputting. Nu zijn er bijen die gedoemd zijn om te sterven nadat ze hun plicht in de bijenkast vervuld hebben. Rondom zo’n kast liggen dan ook talloze bijenlijkjes. Ik heb geen verstand van bijen en kan dus ook niet zien wat voor rangorde de bij heeft. Dus redt ik alle bijen die bij mij naar binnen vliegen. Soms is dat heel lastig. Maar vanmorgen lukte het me vrij eenvoudig om de bij naar de buitendeur te sturen en hem zijn vrijheid terug te geven. Het klinkt misschien raar, maar echt… zijn gezoem klonk anders toen hij de vrijheid tegemoet vloog op weg naar talrijke bloemen in mijn tuin die gul hun nectar af willen staan en hun stuifmeel dankbaar meegeven aan de bij. Want de circle of life mag niet verbroken worden. Talrijke imkers organiseren open dagen waarop je het hele proces dat plaats vindt in een bijenkast kunt volgen. Leuk en leerzaam. Nog leuker, als je van bijenwas zelf een kaars mag maken. Vaak is er honing te koop, een heerlijke zoete lekkernij met een specifieke smaak waar je van moet houden. Voor mij is er niets lekkerder dan een vers gebakken kaiserbolletje met dik roomboter en honing , of dikke Griekse yoghurt met walnoten en honing. Ook niet te versmaden, een flensje of dunne pannenkoek met banaan, walnoten en weer honing. Ik eet het liefst acaciahoning. Deze bevat de minste suikers en zal dan ook niet versuikeren. Er zijn bijenvolken die bijgevoerd worden met suikerwater. Dat levert een ander soort honing op en is ook goedkoper. Toch minder puur natuur. Ik hoor opnieuw gezoem. Weer een bij en ook die werk ik weer de deur uit. Zo gaat het nog vijf keer en vraag me af waar ze toch vandaan komen. Ik hoor gezoem in de schoorsteen. Zouden ze de kamer in komen door het ventilatie schuifje van de haard? Ik doe hem dicht en dek de haard af met een oud gordijn. Geen gezicht maar langzamerhand wordt het wel weer rustig in de schoorsteen. Een zwerm is er waarschijnlijk eerst ingevlogen en gelukkig ook weer uitgevlogen. Lunchtijd! Ik heb nog afbak kaiserbolletjes…

Elfen

Aan het begin van de jaartelling na de geboorte van Christus was er in Amerika, in wat nu Virginia is, een lieflijk gebied met mooie bomen en bloemen. In dat gebied leidden elfen een onbekommerd bestaan. Toen Jezus stierf aan het kruis kwam een boodschapper dit vertellen. De elfen barstten in huilen uit. Hun tranen drupten overal op de grond en versteenden daar in de vorm van een kruis. Nu, in de 21e eeuw zijn er nog altijd versteende tranen te vinden hoewel er in de loop der jaren al veel stenen zijn weg geraapt. Mensen gaan met zeven en emmers en schepjes het fairystone park, zoals het tegenwoordig heet, binnen. Ze scheppen de zeef vol aarde en zeven de steentjes er uit. De ingang van het park is moeilijk te vinden. Met een beetje zoeken kom je terecht bij een garagebedrijf annex snackrestaurant, waar je al etend de geur opsnuift van gefrituurde snacks en smeerolie. Bij de kassa staat een doosje met gepolijste fairystones zoals de versteende tranen heten. Ze worden extra gepolijst om de kruisvorm te benadrukken. In hoeverre het verhaal over het verdriet van de elfen waar is dat kan niemand vertellen. De steentjes maken het verhaal geloofwaardig. En veel mensen beleven er plezier aan zoveel mogelijk steentjes te vinden. Ik heb een cd aanstaan met elfenmuziek. Het ontroert mij. Het maakt iets in me los en ik zou willen huilen. Maar ik houd me in. Want anders word ik belemmerd in de dingen die ik heb te doen. De muziek uitzetten kan ik niet. Mijn gevoel zegt dat ik moet blijven luisteren. Een medium heeft eens elfen om mij heen gezien die me hielpen mijn creativiteit naar buiten te brengen. Ik zou veel meer in de tuin moeten gaan zitten onder de perenboom. Daar leven de elfen. Het is een hele bijzondere perenboom, heel oud ook, met in elkaar gedraaide takken in de kruin en takken , die vanuit een kluwen op de stam naar boven groeien. En in die kluwen, daar houden ze zich schuil. Het medium heeft het allemaal gezien. Ik niet en ik weet niet zo goed wat ik er van denken moet. Ik vind elfen leuk om naar te kijken in boeken. Ik heb ook wel elfen getekend. Maar daar houdt het wel mee op. Ik geloof in veel dingen die je niet kunt waarnemen zoals engelen, orbsen wat ronde energieën zijn die je kunt zien op foto’s, contact met de geestenwereld, wonderen. Maar elfen? Als ze echt bestaan zullen ze mijn ongeloof niet in dank afnemen. Toch blijven ik een fascinatie houden voor elfen. Ik vertel mijn kleinkinderen dat er elfjes vliegen tussen de fladderende vlinders, elfjes zoals Tinkebell in het verhaal van Peter Pan. Kennelijk kan ik het erg overtuigend vertellen want ze geloven me en zien ze echt vliegen. Heerlijk, die fantasie van kinderen. Kleinzoon heeft heel lang geloofd dat ik de vogeltaal sprak, dat ik precies kon horen wat ze te vertellen hadden. Ach ja…ik heb ook een levendige fantasie. Jammer dat kinderen hun fantasie kwijt raken naarmate ze ouder worden. Je kunt er zo heerlijk in weg vluchten als je het moeilijk hebt. Misschien moet ik me wel meer op het fenomeen elf concentreren dan ga ik misschien terug naar mijn kindertijd, komt mijn innerlijke kind weer naar boven die ziet wat anderen niet zien en daar intens gelukkig van word. De elfenmuziek laat ik aanstaan, muziek die me ontroert, me milder maakt en die me laat voelen dat leven in fantasie helemaal niet zo gek is. Alleen zo kun je weg vluchten uit de hectiek in je leven. Het geeft je energie. Maar ik moet er wel voor waken dat ik met beide benen op de grond blijf staan, want anders zweef ik vast mee met de elfen naar… dat weet ik niet.

dinsdag 7 augustus 2012

Misverstanden

Soms krijg je een bericht via de sociale media waardoor je, door een antwoord te plaatsen, een hele discussie over je heen krijgt. Een discussie die je absoluut niet had gewild. Maar voor je het weet zit je in een oeverloos gekrakeel dat na een aantal antwoorden over en weer nergens meer over gaat. Je bent de draad totaal kwijt. Wat stond er ook al weer in het eerste bericht? Een bericht wordt regelmatig fout gelezen en daardoor verkeerd begrepen. Heb ik een keer meegemaakt en het resulteerde in een langdurige situatie van onbegrip en kwade gezichten. Ik heb er van geleerd. Houd je afzijdig als je niet genoeg kennis hebt van de situatie. Voor je het weet zit je helemaal klem en kom je in een situatie die je nooit voor ogen had; alles totaal verdraaid en ineens is het jouw eigen schuld. Je wordt uitgemaakt voor een jaloers kreng, een bitch of een naïef persoon en dat wordt dan aangedikt met krachtige termen. Iedereen kent wel zo’n situatie. Woord en weerwoord kloppen niet meer met elkaar. En zie maar weer uit zo’n situatie te raken. Niet zo makkelijk hoor. De eenvoudigste manier is de aanstichter dumpen maar dat geeft een onbevredigend gevoel. Er is immers niets opgelost. De discussie laten voor wat het is en zwijgen? Dat kan en net als je besloten hebt om dat te doen, ziedaar… ineens word je bedankt voor iets. Huh????? Eerder werd je nog voor van alles uitgemaakt. Nee, ik treed niet in details hoewel het dit verhaal een stuk spannender zou maken. Ongebreideld losgaan in een scheldkanonnade. Ik heb geleerd dat je altijd zo moet schrijven dat je met de personen die zich herkennen in het verhaal, altijd door 1 deur moet kunnen blijven gaan. Bovendien…schrijf nooit over onderwerpen waar je geen verstand van hebt. Vroeg of laat val je door de mand. Ik was ooit een keer op bezoek bij een tante die zichzelf nogal graag hoorde praten. Ze sprak ook nog in een dialect dus moest ik goed luisteren om het verhaal te kunnen volgen. Het was niet echt interessant maar uit beleefdheid deed ik quasi geïnteresseerd. Niet aardig maar af en toe gebeurt dat. Naast mij hoorde ik een veel interessanter verhaal waar ik veel liever naar wilde luisteren. Maar tante kletste door. Ik maakte een opmerking. Ze hoorde het niet eens, dacht ik. Ze stokte haar verhaal half in de zin en vroeg: “Wat bedoelde je eigenlijk?” Waarop ik dacht: oh jee, nu heb ik teveel met een oor naar het andere verhaal geluisterd en iets gemist in haar verhaal. Ik stamelde en gaf een draai aan mijn antwoord en tot mijn grote opluchting accepteerde ze dat. Pfff… vervolgens maakte tante de zin af. De les hieruit? Pas dus op met quasi geïnteresseerd doen. Doe niet alsof je er verstand van hebt. Hoera, er is Wikipedia, maar die heb je niet altijd bij de hand en daarbij klopt de berichtgeving ook niet altijd. Ik ga discussies via de sociale media uit de weg. Het is maar dat je het weet. Een goed gesprek van persoon tot persoon ga ik niet uit de weg. Aan een gezichtsuitdrukking kun je al zien hoe iets bedoeld wordt en zoniet dan kun je het meteen vragen. Gesprekken kunnen ook oeverloos zijn, maar je kunt het tenminste fatsoenlijk afsluiten met een hand en een schouderklop of zo je wilt, een knuffel. Dit alles is natuurlijk mijn persoonlijke kijk op het geheel en daar er niet een persoon hetzelfde is, kan iemand anders hele andere ervaringen hebben. Ik sluit dit relaas met het volgende: Sluit altijd de dag af zonder ruzie of misverstanden. Ga zitten met een glas goede wijn en praat. Scheelt een hele hoop stress.

maandag 6 augustus 2012

Noodweer.

Elke dag 3 pagina's censuurloos schrijven Noodweer Noodweer. 6-8-‘12 Een enorme knetterende donderklap en ik lig ‘planking’ in mijn bed. Mijn hart bonkt als een gek. Het raam staat open en ik hoor kindergehuil. Vind je het gek? Van zo’n klap zou iedereen bang worden. Het is even stil met het natuurgeweld en dan valt klap op klap. Ik blijf in bed liggen, laken over mijn hoofd. Alsof dat het geluid wegneemt. Het begint te hozen. Ik durf niet naar buiten te gaan kijken, bang dat ik in actie moet komen en dat durf ik niet. Als de vijver maar niet overstroomt of nog erger, als de bliksem maar niet in de vijver slaat want dan heb ik gekookte vissen en een geroosterde schildpad. Rare gedachten kun je hebben zo ‘s morgens vroeg. Mijn gedachten gaan terug naar vroeger hoe je bang gemaakt werd voor onweer. Je werd uit bed gehaald, kreeg je jas aan en moest in de kamer wachten. Licht uit, kaarsen aan en bidden tot de bui over was. En in een gebied tussen IJsselmeer en Noordzee kan een bui lang blijven hangen. Of hij gaat heen en weer. Ik woon nog steeds in dat gebied en het onweer gedraagt zich nog precies hetzelfde. Ik schrok wakker van de klap om kwart over zes. Twee en een half uur later is de bui nog steeds niet vertrokken. Hij gaat en komt, vergezeld van enorme hoosbuien. Ik heb wat noodweer meegemaakt in de loop der jaren. In Spanje zat ik een keer middenin een wolkbreuk met blikseminslag na blikseminslag. Ik verborg me met iemand in een greppel onder de struiken, heel klein opgevouwen. Al snel liep de greppel vol water en moesten we iets hogerop gaan zitten. Het was doodeng en toen ik omkeek zag ik achter me een metalen hek. Toen werd ik pas echt bang. Een passerende auto heeft ons als doorweekte verzopen katten meegenomen naar de camping waar we verbleven. Daar was het pas echt een ravage. En dan die keer dat mijn eigenwijze man na dagen van windstilteging surfen op een meer in Frankrijk terwijl de wind steeds meer aanwakkerde. Hij had lang op wind gewacht en ik kon hem niet tegenhouden. Al snel donderde en bliksemde het van jewelste en manlief surfte gewoon door, helemaal in zijn element en met hem nog meer idioten. Ik zag de bliksem inslaan op de berg en er ontstond een flinke brand. Toen ben ik zo verschrikkelijk kwaad geworden. Manlief zag toen ook dat het toch wel gevaarlijk was. Maar voor hij het water af was, was de donderbui al vertrokken. Laconiek zei hij: “Er is toch niets met me gebeurd.” Daarna heeft hij niet meer gesurft, niet omdat ik het hem verbood, maar omdat er geen wind meer was. Onweer is een gevaarlijk natuurverschijnsel. Toch zijn er mensen die er van genieten. Tja, het is een bijzonder schouwspel al die bliksemflitsen, vooral als het donker is. Als de bui ver weg is kan ik er wel naar kijken. Maar als de bui recht boven me hangt, kruip ik liever weg, met mijn ogen dicht en mijn handen voor mijn oren. Het is deze zomer wel raak met noodweer. Komt door de rare temperatuurschommelingen wordt er gezegd. En dat is iets wat je niet in de hand hebt. Tijd voor koffie. Buiten raast de donder voort. Wodan gaat uit zijn dak vanmorgen.

zondag 5 augustus 2012

Elke dag 3 pagina's censuurloos schrijven

Zondag 5-8-2012 Ik lees een tweet: Ik kan het iedereen aanraden; elke dag drie pagina’s censuur loos schrijven wat er bij je opkomt. Traint de creatieve spieren. Dus…fitness voor de hersenen. Ik heb al eens een boek geschreven en gepubliceerd met allerlei raadsels, puzzels, woordspelletjes en quizvragen om de hersenen fit te houden. Maar een tekst schrijven is veel simpeler; je gaat gewoon zitten met pen en papier, kopje koffie er bij. Koekje en schrijven maar. Alles wat er maar naar boven borrelt. Alles is geoorloofd. Maar het moet wel in je karakter zitten om alles naar buiten te gooien. Sommige gedachten zijn te gênant om op te schrijven en dat houd ik dan ook liever voor mezelf. Stel dat anderen het lezen. Het is een sombere dag. De regen klettert op de schuine ramen. Gelukkig dat mijn huis veel licht binnen laat anders zou ik de lampen aan doen. Mijn plan was om in de tuin te gaan werken. De regen is dus alweer een mooie smoes om iets anders te gaan doen. Ondertussen wacht er wel een opruimklus. Twitterberichten lezen is leuker. Ik gun me nu eens de tijd om ze uitgebreid te lezen en te beantwoorden en nieuwe tweets te plaatsen. Soms denk ik wel eens dat ik verslaafd raak aan de sociale media. Het neemt veel tijd in beslag en als ik om me heen kijk naar de klussen die op me wachten, zucht ik maar eens diep. Waar moet ik beginnen? Uitstellen maar weer. En zo verstrijkt de tijd. Dagen gaan over in weken, in maanden en als ik niet oppas in jaren. En dan staat die troep er nog; in de garage, op mijn hobbyzoldertje, in de berging, in de bijkeuken en in het schuurtje buiten. Ik zal een container nodig hebben om alles weg te voeren, nou ja, misschien wat overdreven. Ik kan ook zelf naar de stort gaan in etappes. Of ze daar nou zo secuur zijn weet ik niet. Kleding gaat in een apart depot maar textiel gaat in het depot overig samen met andere rommel. Ik heb het met eigen ogen gezien. Dan toch maar beter de kringloop bellen of zij de rommel komen halen als het zover is. Lees goed! Als het zover is. De werkster zegt al: “Ja, ja, je zegt steeds dat je gaat opruimen, maar er gebeurt niets.” Ik weet het en dat is ook mijn slechte eigenschap. Er zijn zoveel andere dingen die leuker zijn en die ik wel graag doe. Maar al die rommel zorgt er voor dat ik er moe van word. Ik kijk er tegenaan als ik in de desbetreffende ruimte ben. Ik hik er tegenaan en denk: morgen! Op zijn Spaans: manana, manana. Iedere ochtend als de wekker gaat denk ik: Oh ja, opruimen. Maar draai me nog eens lekker om en dan is het te laat om een grote klus aan te pakken, vind ik. Ik zal structuur aan moeten brengen, schema’s maken en mezelf discipline bijbrengen anders kom ik er nooit doorheen. Op tijd naar bed gaan en op tijd weer op staan. Helaas gaat het net als met goede voornemens bij de jaarwisseling, voor je het weet zijn het geen voornemens meer. Toch blijft het broeien in mijn hoofd. Maar ik heb nu een streefdatum. Net bedacht. Met Kerstmis alles klaar. Ik ben een deadliner dus zal alles wel op het laatste nippertje gebeuren. Maar dan functioneer ik ook als een tornado. Dus er is nog hoop.

vrijdag 3 augustus 2012

Internet shoppen

Mijn fotocamera doet niet altijd wat ik wil. Ik zag een mooie aanbieding bij een online shop van een camera met 12x zoom. Hij beloofde altijd scherpe foto’s. Een paar dagen later werd de camera thuis bezorgd. In het pakket zat een tasje, 2 batterijen en een usb kabel. Geen batterijoplader, geen geheugenkaart. Jeetje, kon ik de camera niet uitproberen. Gebeld met de klantenservice. “De accessoires moeten apart gekocht worden, alleen de duurdere camera is helemaal compleet.” “Kan ik die accessoires dan bestellen?” Helaas dat ging niet en de duurdere camera was meteen 200 euro duurder. Ik zei dat ik liever iets meer betaalde voor een compleet pakket. Want was anders het gemak van online bestellen. Nu moest ik nog overal achter aan. Mijn klacht werd genoteerd. En ik liet duidelijk mijn teleurstelling blijken. Ze zei nog dat de camera een intern geheugen heeft en de batterij waarschijnlijk opgeladen was. Ik moest hem maar uitproberen en beviel het niet kon ik hem altijd terug sturen. Ik was geïrriteerd. Ik ging zoeken op internet maar werd er niets wijzer. Het kostte me alleen maar veel tijd, die ik eigenlijk aan iets anders wilde besteden. Toch maar gekeken wat die interne geheugenkaart inhield. Ik kon drie foto’s maken en dat was het. Ik baalde van alles. Toch was die ingezoomde foto best goed. Dus weer verder gezocht op internet naar wat ik nodig had en stuitte op de website van kieskeurig via google. Daar las ik een review over de camera. Dat je toch een statief nodig had voor scherpe ingezoomde foto’s, dat foto’s van bewegende beelden toch niet scherp waren en video-opnames een afgrijselijk geluid hadden. Ik hoorde mezelf hardop zeggen: ”En nou gaat hij de deur uit ook.” Na alles keurig weer ingepakt te hebben reed ik naar een postagentschap om het pakket af te leveren. Gewend dat pakketjes altijd gratis terug gaan viel mijn mond open van verbazing dat ik 6,75 euro moest betalen voor het terugsturen. Boos liep ik de winkel uit. Dat doe ik dus nooit meer. Zoveel tijd kwijt aan niets. Ik had de neiging om over de weg te racen in mijn autootje, maar heb me toch maar ingehouden. Het schrijven van dit verhaal lucht al veel op. Nu alleen nog hopen dat ik mijn geld weer terug krijg. Voorlopig blijf ik mijn huidige camera gebruiken.