dinsdag 27 maart 2018

Schattig meisje

 Er was een schattig meisje uit groep drie die zei met zo'n heerlijk kinderstemmetje: ' Ik vind Reizende poefjes leuk, alleen vond ik het eng dat het hoofd van de reus afgehakt zou worden'. Waarop ik zei: 'Maar dat is gelukkig niet gebeurd want Pol en de reus konden ontsnappen uit de kerker.' Ze lachte blij en vervolgde: 'Ik zou het liefst in luilekkerland wonen en van het hagelslag gras snoepen en uit het chocolademeer drinken. En van de roze koeken eten.' Haar moeder had Reizende poefjes voorgelezen omdat het meisje een beginnende lezer is. IK genoot van het glunderende kindergezichtje.
Ik hoop dat er meer kinderen van genieten. Hoeveel kinderen precies Reizende poefjes gelezen hebben, weet ik niet. Het zijn er veel in ieder geval. Ik hoop ook dat ze na 29 september het tweede deel gaan lezen; De lamp, de sneeuwbol en het kompas.
Vandaag is het klusdag. Hebben jullie er ook zo'n hekel aan. Ik ga veel liever met mijn manuscript De lamp, de sneeuwbol en het kompas aan de slag. Er valt nog veel te verbeteren voordat het op 29 september gelanceerd wordt. Op en aanmerkingen verwerken, spelfouten eruit halen, want ik wil dat het boek netjes afgeleverd wordt. In mijn eerste boek Reizende poefjes zitten fouten in de tekst waar gewoon overheen gelezen is bij het nalezen. Dat irriteert mij. Voor de tweede druk moeten die fouten er ook
uit. Maar dit nu terzijde.
Ik heb even koffiepauze. Doordenderen heeft geen zin. Dus maak ik van de gelegenheid gebruik even een blogbericht te maken. Ik was vanmorgen vroeg op. Deze ochtend heb ik veel kleine klusjes gedaan. Net was ik aan het stoeien met de schroevendraaier om een lange schroef in het tuinhuis te draaien zodat ik nu eindelijk de voedselcontainer gevuld met zonnebloemzaad op kon hangen. Wel een beetje laat, want de winter is voorbij. Zo gaat het vaak bij mij. Dingen voor me uitschuiven, uitstellen totdat het echt niet meer kan. Een slechte eigenschap, maar heeft ook weer een voordeel. Met een deadline in zicht functioneer ik op mijn best en het gekke is, dat altijd alles op tijd af is. Ik krijg logees eind van de week en ja, dan moet mijn huis netjes zijn. Dus straks nog even doorbuffelen. Vanavond ga ik dan leuke dingen doen, dingen waar ik blij van wordt. Koffiepauze voorbij. Ik ga weer snel verder. Fijne dag allemaal.

vrijdag 23 maart 2018

Platte land

Op het platteland wonen heeft veel voordelen, je beleeft de natuur anders. Vogelgidsen liggen voor het grijpen, want er is altijd wel weer een vogel te zien die je niet kent. Laatst lag er een dode watersnip in de tuin. Een mooie vogel met een lange snavel. Zonde van zo'n mooi beestje. Gisteren wandelde er een aalscholver over de weg en verdween in de tuin van de overburen. Nou zijn aalscholvers vrij algemeen, maar meestal te zien bij meren of brede wateren en niet bij boerenslootjes. Er zijn zeker nadelen. Het boerenverkeer dat langs komt en je huis laat trillen. Net passeerde er een colonne tractoren met mestwagens erachter, want er wordt weer volop mest geïnjecteerd in de weilanden. Het gevolg is een nare weeïge poeplucht in huis dat door kieren van ramen en deuren naar binnen komt. De wind is namelijk gedraaid en dan hebben wij er hier last van.
Ze zeggen dat je er maar aan moet wennen, het is niet anders. Als echte stadse heb ik daar toch moeite mee. Dus brand ik wierook om de lucht wat aangenamer te maken met de wetenschap dat ook aan de mestperiode een einde komt. Dan komt de periode van grassen, ik bedoel gras maaien en dat opkuilen en afdekken met plastic met autobanden erop. Na verloop van tijd heb je dan voer voor het vee, maar Oh wee als die kuil open gaat. Naast ons huis heeft schoonzoon een composthoop gemaakt en dat kan net zo stinken. Overal zie je holletjes van muizen en misschien ook wel ratten. Ik vraag me nog steeds af wat ik in de avonduren en 's nachts tussen de plafonds hoor ritselen. Ik ben panisch voor muizen en ratten vind ik doodeng.
Dat zijn een hoop nadelen maar die winnen het niet van de voordelen. Ik ben veel meer buiten en geniet van de vergezichten. Helemaal leuk wordt het als er weer schapen en lammeren in de wei staan. Daar kan ik van genieten. Wat ik hier mis is een park of een wandelroute om een rondje te lopen. Ik woon in een lintdorp, een lang lint dus waarbij je dezelfde weg teruggaat als dat je heen gegaan bent. En een wandelroute naar de winkels is net te ver. Ik woon in dit dorp nu 2 1/2 jaar maar stiekem mis ik zo af en toe mijn oude stek in een buitenwijk van de stad. Het duurt 5 jaar, zeggen ze, dan ben je gesetteld.

donderdag 22 maart 2018

Kinderboek Reizende poefjes

Iedereen vindt Reizende poefjes top,
Te verkrijgen in de godijnpublishing webshop.

Echt waar, ik krijg zoveel mooie reacties. En op 29 september wordt het vervolg gelanceerd in de Parkschouwburg in Hoorn. De titel is De lamp, de sneeuwbol en het kompas. Een nieuw avontuur van Pol en Polleke Grasspriet en hun vriendje Noek die Down syndroom heeft.  Mijn inspiratiebron zijn de kleinkinderen. Dankzij hun fantasie aangevuld met de mijne onstond er een magisch avontuur dat zich afspeelt in Cornwall, Engeland. Het tweede boek is zelfstandig te lezen, maar ik raad aan eerst Reizende poefjes te lezen om kennis te maken met de hoofdpersonen.

dinsdag 20 maart 2018

Afscheid...welkom

Dit bericht is een lang verhaal, na ieder bericht leer je me beter kennen;
Ik heb afspeellijsten op Spotify en als ik cd recensies lees in de krant kies ik altijd de muziek met 4 of meer sterren om in een afspeellijst te zetten. Later luister ik er op mijn gemak naar.
In de krant van vandaag lees ik een artikel over Nederlandstalige muziek, dat het zo in opmars is. Het is nu eenmaal zo dat songs in je moedertaal direct bij je binnen komen en een hoop los kunnen maken. Ik heb al veel afspeellijsten gevuld, van klassiek tot singer songwriter, van Nederlandstalig tot kinderliedjes voor mijn Down kleinzoon en niet te vergeten de artiesten waar ik fan van ben.

Tijdens mijn koffiepauze vulde ik een Nederlandstalige lijst met songs. Toen het nummer afscheid van Marco Borsato klonk, barstte ik in huilen uit. Het riep zoveel emoties op. Na de dood van mijn man ontdekte ik mijn paranormale gave en hoe ik contact met hem kon maken. En dat is voor mijn gevoel precies waar het lied over gaat…

Afscheid nemen bestaat niet. Ik ga wel weg maar verlaat je niet
Lief, je moet me geloven al doet het pijn…
Ik wil dat je me loslaat en dat je morgen weer verder gaat.
Maar als je eenzaam en bang bent, zal ik er zijn…

Ik kom als de wind die je voelt in de regen
Ik volg wat je doet als het licht van de maan
Zoek me in alles dan kom je me tegen
Fluister mijn naam en ik kom eraan

Zie, wat onzichtbaar is, wat je gelooft is waar
Open je ogen maar en dan zal ik bij je zijn.
Alles wat jij moet doen is mij op mijn woord geloven

Afscheid nemen bestaat niet

Kijk in de lucht, kijk naar de zee
Waar je ook zult lopen ik loop met je mee.
Iedere stap en ieder moment, waar je ook bent
Wat je ook doet, waar je ook gaat
Wanneer je me nodig hebt, fluister gewoon mijn naam
En ik kom eraan.

Ik heb dit al zo vaak zelf ervaren door het contact met het universum. Het geeft een fijn gevoel. En nu ik deze tekst hoor, komt het als een mokerslag binnen. In al die jaren zonder  hem heb ik nog nooit zo intens gehuild. De tranenstroom was niet te stoppen. Al het gemis en alle pijn, het gevoel van alleen zijn, geen sterke schouder meer om op te huilen, geen liefdevolle arm om me heen, alles kwam naar boven. Het luchtte enorm op. Het was nodig om het pad naar de toekomst vrij te maken van obstakels. Tien jaar lang leefde ik met een diepgeworteld gevoel van gemis. Zou dit dan een doorbraak zijn? Kan ik de toekomst aan zonder weg te zakken in mijn oude patroon? Het moet en het gaat lukken.

Welkom in de toekomst.

zondag 18 maart 2018

Een bijzondere dag

Gisteren was het een bijzondere dag. Voor de dag kon beginnen moest ik eerst iets regelen. Toen dat rond was, kon ik weg helaas maar voor een paar uur, daardoor zou ik een workshop missen. Het was de dag van kennismaking met de Boek10 2018 auteurs, diverse schrijfworkshops en het tekenen van het auteurscontract bij Godijnpublishing.
Ik kwam te laat en schoof snel aan tafel waar de andere schrijvers feestelijk aan koffie met gebak zaten. Er werd over de boeken gepraat en over het schrijfproces. Ik vertelde over mijn kinderboek De lamp, de sneeuwbol en het kompas en dat het een vervolg is op Reizende poefjes. 29 september worden de boeken gelanceerd in de Parkschouwburg in Hoorn.
We kregen de opdracht naar elkaars boekfragment te kijken en te onderzoeken op hulpwerkwoorden, vuilnisvatwoorden en verkeerd of niet geplaatste komma’s. Een thrillerschrijver bekeek mijn fragment. Ze had wat kleine opmerkingen, maar ze zei ook dat ze het eigenlijk een heel erg leuk fragment vond, verrassend. Terwijl ze alleen maar van harde misdaad houdt. Ik beschouwde het als een groot compliment. Het is een verhaal waarin veel magie en avontuur verwerkt is met Pol en Polleke Grasspriet. Noek, het vriendje met Downsyndroom speelt er een grote rol in. Hij praat bijna onverstaanbaar, hij loopt moeizaam en is regelmatig spoorloos als je niet oplet.
Mijn kinderboek is haast een vreemde eend in de bijt tussen de young adult en fantasyboeken en de thrillers en gedichten. Het is een bonte verzameling voor elk wat wils.
Het grote moment was het tekenen van het auteurscontract, voor mij de tweede keer, maar net zo bijzonder. Nu gaat het echt beginnen. Er komen illustraties in het boek, er volgt eindredactie en niet onbelangrijk het ontwerpen van de omslag.

Jammer dat ik door omstandigheden niet de hele dag aanwezig kon zijn. Ik had graag de workshop beeldend schrijver door Alice Bakker willen volgen. Want mijn schrijfstijl is nog steeds in ontwikkeling. Ik kijk uit naar 29 september. Als je er bij wilt zijn, kun je je aanmelden bij www.godijnpublishing.nl

woensdag 14 maart 2018

Brand.

Het is mistig. De zon probeert door te breken en als hij zich in volle glorie laat zien, belooft het een zonnige dag te worden. Ik zit aan tafel met een kop koffie om goed wakker te worden en kijk naar buiten. De stolpboerderij aan de overkant heeft een rieten dak. Ik kijk ernaar en nog eens goed en zie rook omhoog kringelen. Het lijkt erop dat het uit het dakraam komt. Het is dunne witte rook en stijgt heel langzaam op. Ik vertrouw het niet en haal Engelse schoonzoon, die in het achterhuis woont, erbij. Hij observeert en zegt: 'Joh, dat is het natte riet dat opdroogt in de zon, vandaar die rookpluimpjes. Geen brand.'
Gelukkig maar, want in mijn omgeving zijn de laatste tijd veel flinke branden geweest. Pas geleden nog het grote bedrijf van Karsten tenten, beroemd om zijn opblaasbare tenten. Niets meer van over.
Schoonzoon vindt dat er in Nederland veel branden zijn en zocht cijfers op;
United Kingdom: 161,770 branden op een populatie van 65,64 miljoen en dat behelst Engeland, Schotland, Wales en Noord Ierland.
Nederland: 103,657 branden op een populatie van 17,02 miljoen.
Dus hij heeft gelijk, er zijn veel branden in ons land. Ik ben vreselijk bang voor brand na een aantal angstige ervaringen in mijn jeugd.
Tijdens een sessie waarbij ik terugging naar een vorig leven bleek dat ik, als heks, de dood vond op de brandstapel. Was ik een heks? Vandaag de dag word ik een wijze vrouw genoemd. Ik ben me er niet van bewust dat ik wijs ben en ben wie ik ben met al mijn wisselende buien. Ik doe altijd een poging om alles van de zonnige kant te bekijken. Helaas zijn beren op de weg niet te vermijden. Maar mijn grootste obstakel is mijn angst voor brand. Ik ga er vanuit dat mijn huis uit 1910 veilig is. Toen ik hier kwam wonen, is alle elektra nagekeken en zijn er brandwerende muren aangebracht. Ik ga er vanuit dat dit huis het nog eens 100 jaar volhoudt. Dus wordt het tijd om mijn angst los te laten. Laat het maar in rook opgaan.


maandag 12 maart 2018

Boekenweekthema

Het thema van de boekenweek is de natuur. De schrijvers van GodijnPublishing schrijven om beurten een fragment over de natuur uit hun boek of blog. Ik neem een fragment uit kinderboek Reizende poefjes. Pol Grasspriet is op zoek naar zijn zusje Polleke die zich, volgens Koningin Bogina, in Luilekkerland bevindt. Hij wordt daarin bijgestaan door Vogel Gijs die de speurder is en door reus Gigantus. Het betreden van Luilekkerland is niet zonder gevaar.

Hoofdstuk 10

Polleke ligt in het groene hagelslaggras bij het chocolademeer. Haar gezicht is bruin van de chocola en haar haren zitten vol met groene hagels. Haar buik is dik en rond en ze is niet meer in staat om te gaan staan. Zoveel heeft ze nog nooit gegeten. Ze stopt haar duim in haar mond en veegt met de mouw van haar shirt langs haar gezicht, Alle chocola komt op haar mouw terecht maar dat kan haar niet schelen. Ze is moe door zoveel avontuur en al die zoete dingen maken haar sloom. Ze wil even slapen. Er is toch niemand die haar ziet.
Wat ze niet weet is dat de bewoners van luilekkerland haar allang gezien hebben. Er staan ontelbare bloemen en als het nodig is komen ze tot leven. In de suikerspinbomen zitten spinnen van drop die heel snel een suikerspin kunnen maken en ook indringers kunnen omwikkelen met hun draden. Er leven slakken met een lijf van zure matten en een huisje van dropveter. Ze bewegen zich langzaam maar als het erop aan komt dan worden ze zo snel als raketten. En dan maken ze de einddraden van de suikerspinnen vast met slakkenslijm dat er uit ziet als plakkerige stroop.
Overal zijn gluurders. Ze zijn erg blij dat alles rustig blijft. Er is geen reden om aan te vallen. Polleke ligt heerlijk in het gras. Een vredig mensenkind. De gluurders laten haar met rust maar ze blijven waakzaam.

Ondertussen bereiken Pol en Gigantus de chocoladebergen. Ze kijken rond of het chocolademeer in de buurt is.
‘Gieg, kijk jij eens over de toppen heen, want hier zie ik niks.’
Gigantus strekt zich uit.
‘Ik zie meerdere chocolademeren. Bij welke moeten we zijn?’
‘Dat weet ik niet hoor. Ik ben hier nog nooit geweest.’
‘Flauw om dat te zeggen Pol, je kan toch ook een gewoon antwoord geven.’
‘Ik had even zin in een grapje. Ik heb al heel lang niet meer gelachen.’
‘We moeten nu om de berg heen lopen en dan kijk ik nog een keer’, zegt Gigantus een beetje chagrijnig.
Ze vervolgen hun weg.
‘Gieg, mag ik weer op je schouder zitten? Dan gaan we sneller.’
‘Oké dan’ en hij pakt Pol op.
Ze blijven om zich heen kijken. Een tweede toverballenbekogeling willen ze niet. Glooiende weides opgebouwd uit slagroomsoezen gaan ze voorbij. Pol lust geen slagroom dus hoeft hij niet te proeven. Ze naderen een rotonde.
‘Kijk nou toch eens Gieg. De rotonde is een enorme appeltaart. Mmmm. Lekker. Ik wil wel een stukje eten. Ik heb honger.’
‘Nee, niks ervan want dan worden we weer gestraft. We lopen door.’
‘Jammer,’ zegt Pol teleurgesteld.
Ze moeten voorzichtig zijn. Een aanval kan uit onverwachte hoek komen. Gigantus torent overal bovenuit en is van alle kanten te zien. Daardoor wordt hij kwetsbaar en is een gemakkelijk doel voor een aanslag.


Reizende poefjes is te verkrijgen bij www.godijnpublishing.nl. Bij de boekhandel en de bekende internetboekwinkels.