zaterdag 3 oktober 2009

mijn cocon



Zaterdagochtend 3 oktober

Ik word wakker. Buiten giert de wind om het huis. Ik draai me nog eens om en geniet van mijn warme bed. Het onderlaken is van fleecestof, het bovenlaken van flanel en daarop ligt een dekbed zonder overtrek, want een overtrek verwisselen vind ik veel te veel gedoe. Er ligt toch altijd een sprei over het bed.

Het voelt alsof ik in een cocon zit, afgeschermd van de buitenwereld. Langzaam val ik weer in slaap. De cocon ziet er uit als een grote luchtbel en ik zie allerlei mensen die aardig voor me zijn in mijn cocon verschijnen, mensen die me waarderen, die me interessant vinden en vinden dat ik iets te vertellen heb. Ze zien geen treurende weduwe meer in mij, ze zien een zelfverzekerd persoon met een open blik. Het voelt goed in mijn cocon en zou willen dat het altijd zo bleef. Maar ik word wakker en weg is het beeld. Ik wil het weer terug roepen. Helaas gebeurt dat niet meer. Het voelde zo veilig, zo liefdevol, zo warm.
Ik laat mijn gedachten gaan. Ik heb een leuke dag beleefd met een excursiegroep. Het is een jaarlijks terugkerend uitje. Ik herinner me dat ik vorig jaar als een zielig eenzaam vogeltje aanwezig was, treurend om mijn overleden man. Ik had het gevoel er niet bij te horen en vermoedelijk straalde ik dat ook uit. Dit jaar was alles anders. Na een weekje tot bezinning gekomen te zijn in Frankrijk, heb ik het gevoel dat iedereen anders naar me kijkt, zo ook de excursiegroep. De mensen waren zorgzaam, ze wisten van mijn hoogtevrees en stelden me op mijn gemak toen ik bij de St. Jan van Den Bosch met een bouwlift omhoog ging om op 30 meter hoogte de restauratiewerken te bekijken. Hartverwarmend vond ik dat.
Er was ook gelegenheid om in de kerk te kijken. Daar het ik een kaarsje opgestoken bij het Maria-altaar. Ik wilde er een gebed bij doen maar ik kan niet meer achter de tekst staan van een Onze Vader en een Weesgegroet. De tekst is niet meer van deze tijd. Ik heb mijn eigen gebed gedaan: “Ik wens dat de kracht en de energie van dit kaarslicht de overledenen aan gene zijde zal helpen daar een nieuw en gelukkig leven op te bouwen en ze te steunen in hun ontwikkeling zodat ze vanuit gene zijde ons op aarde weer kunnen steunen en helpen.” Ook zeg ik dank je wel voor deze mooie, hartverwarmende dag. Ik blijf even staan bij al het kaarslicht en kijk naar de mensen die in gebed verzonken in de banken zitten. “Wat zouden zij allemaal bidden?”
Tijdens de wandelingen van de ene plek naar de andere kwam er steeds iemand bij me lopen, zodat ik niet alleen liep. ’s Avonds toen we aan tafel gingen voor het diner, werd ik bij de hand genomen en geleid naar een tafel waar allemaal leuke mensen aan zaten. In het verleden heb ik diverse malen aan een tafel gezeten waarbij het niet klikte met de tafelgenoten.
Hier denk ik allemaal aan terwijl ik het liefst toch weer terug wil naar die cocon. Langzaam val ik weer in slaap. Laat de wind maar om het huis gieren. Tevreden zak ik steeds verder weg in een droomloze slaap.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten